text
stringlengths 4
22.7k
| label
class label 2
classes |
---|---|
Dat andere boek, Een kleine geschiedenis van bijna alles, daar moest ik aan denken toen ik de promotietekst van Axel Bojanowksi’s debuut las. Want net als in Brysons fascinerende meesterwerk gaat het in Na twee dagen regen volgt maandag over dat wat ons aardlingen blijft boeien: de raadselachtige aard van de aarde. Geoloog en wetenschapsjournalist Bojanowksi dook in talloze studies over zee, land en lucht om zijn lezer mee te kunnen nemen naar mysteries als een megawaterval in de Atlantische Oceaan, een millennialange ondergrondse brand in Australië en een ijsbom uit de heldere Spaanse hemel. Maar waar het Bryson lukte om pagina’s lang te boeien, zelfs als het ging over iets kansarms als de ambitieloosheid van korstmossen, komt Bojanowksi niet veel verder dan een journalistieke opsomming van gebeurtenissen en meningen. Waar de lezer uiteindelijk nauwelijks wijzer van wordt.
Neem die ijsbom, waar het boek mee opent. Ze schijnen wel vaker plotsklaps op aarde neer te komen. Bojanowksi weet te melden dat er nog veel onduidelijk is. Hij schrijft ook dat “wetenschappers inmiddels bijna voor een raadsel staan.” En daar blijft het dan bij. In het hoofdstuk over de geheimzinnige knallen die her en der in de wereld te horen zijn, leren we dat deze best eens door brekende golven kunnen worden veroorzaakt. “Maar hard bewijs ontbreekt. Ook onderzeese gaserupties kunnen de oorzaak zijn. Of iets heel anders.” Dan weet je dus nog niets. Waar is de stem, de mening van de auteur zelf? Wat is het meest waarschijnlijke, beste Axel? De conclusie die ergens halverwege het boek getrokken wordt, “dat de aarde een zeer complex geheel is en dat we haar geheimen misschien ooit zullen ontrafelen”, is even makkelijk als onbevredigend.
Op momenten spreekt Na twee dagen regen volgt maandag best tot de verbeelding. De verhalen over spookeilanden, de verdwenen stad Atlantis en het orakel van Delphi zijn eeuwige successen. En Bojanowski’s relazen over een berg die in een Italiaans meer viel en over die ondergrondse branden die niet alleen Australië teisteren, zijn, hoewel weinig mysterieus, heel interessant. Maar steeds is de uitwerking van het onderwerp matig en blijft de lezer vol vragen achter. Bryson had daar in ieder geval geen genoegen mee genomen. | 0neg
|
Kies een superster die net gestorven is. Lees een aantal interviews in The Times, de Daily Telegraph,The Sun en vooral de Mirror, bekijk een aantal keer de autobiografie George Michael: A Different Story, maak er een redelijke samenvatting van, geef uit zo kort mogelijk na de dood van die superster en je kan zeggen dat je een biografie geschreven hebt. Het lijkt erop dat dit de werkwijze geweest is van Emily Herbert voor George Michael: zijn leven 1963-2016.
Het eerste hoofdstuk zet al meteen de toon. In een onsamenhangend geheel wordt een opsomming gegeven van reacties op de dood van George Michael, om dan te verspringen naar voorbeelden van zijn gulheid, tussenin een paar faits divers te vertellen die in het boek nog talloze keren herhaald zullen worden en te eindigen met enkele verwarrende familierelaties. Chaotisch is het woord dat het beste bij dit eerste hoofdstuk past.
Wat volgt is wel (redelijk) chronologisch opgebouwd, maar ook hier weer worden bepaalde feiten eindeloos herhaald. Careless Whisper, een van de vroege successen van George Michael, wordt onterecht tot een status vergeven die ver boven de rest van zijn werk uitstijgt. Men zou bijna vermoeden dat Emily Herbert zelf heel fijne herinneringen overhoudt aan dit lied. Een ander voorbeeld is het feit dat Andrew Ridgeley zijn leven lang een heel bijzondere band met George Michael gehad heeft en nefast was voor diens carrière. Daar twijfelt geen mens aan. Maar daarom moet dat nog niet te pas en vooral te onpas herhaald worden. En zo kunnen nog verschillende voorbeelden aangehaald worden.
Helemaal te bont wordt het als de videoclip van The Edge Of Heaven beschreven wordt. “Zoals hij daar zat, in een witte kamer, geheel in het wit gekleed en weemoedig zingend, was het onmogelijk te doorgronden waar George werkelijk aan dacht.” Wie het repertoire van Wham! en George Michael een klein beetje kent, weet onmiddellijk dat dit niet de videoclip is van The Edge of Heaven, maar van A Different Corner, een lied waarnaar de auteur twee bladzijden eerder verwezen had.
En dat zijn alleen nog maar inhoudelijke aspecten. Het boek staat ook vol fout geconstrueerde zinnen. Het kan in elk boek eens voorkomen dat een woord per ongeluk herhaald wordt in een zin (“George maakte er geen geheim van dat hij veel hij rookte”), maar als dat in bijna elk hoofdstuk wel een keer het geval is, wordt het vervelend.
Van een biografie mag een lezer toch net iets meer verwachten. Bovendien, als je dan toch zoveel bronnen gebruikt, is het gebruikelijk die achteraan in het boek nog eens mooi op te lijsten. Dergelijke bronvermelding ontbreekt hier helemaal. Alle bronnen worden in de doorlopende tekst vermeld, zonder voetnoten of duidelijke verwijzing naar datum of uitgave.
Slordig. Dat is het sleutelwoord voor deze biografie, die als enige meerwaarde heeft dat je iets meer over George Michael te weten komt als je zijn doen en laten nog niet zo goed volgde. Voor een fan is dit ongetwijfeld een afknapper. Het lijkt een boek dat zo snel mogelijk gepubliceerd moest worden, zonder degelijke research, zonder grondig na te lezen en zonder hoge kwaliteitseisen. Het doet de artiest George Michael geen eer aan. | 0neg
|
Met zeer veel tamtam kwam dit boek op de markt. Ik laat het stof altijd even neerdwarrelen in afwachting van de reacties, zeker wanneer een boek zo hoog scoort in VN. Maar ook de reacties van lezers zijn voor een heel groot deel zeer lovend, dus besluit ik om het toch ook te gaan lezen.
Dat heb ik geweten! Wat een draak van een boek, ik heb er werkelijk geen andere woorden voor. Ik heb het niet uitgelezen, er was geen doorkomen aan, het is saai, saai en saai. Ik ben begonnen, heb het aan de kant gelegd, een ander boek gelezen, nog eens geprobeerd maar zo op de helft van het boek snap ik nog steeds niet wat er zo geweldig aan dit boek is, het pakt mij totaal niet en ik erger me alleen maar. Voor mij reden om het voor gezien te houden want lezen moet leuk zijn. De hele hype rond dit boek is voor mij onbegrijpelijk. | 0neg
|
'Central Park' speelt zich grotendeels in de Verenigde Staten af. De Parijse politierechercheur Alice Schäfer wordt wakker op een bankje in een park en zit met handboeien vastgeketend aan een haar onbekende man. Waar is ze, wie is de man, hoe is ze hier terechtgekomen? De man blijkt Gabriel Keyne te heten en samen beleven ze spannende avonturen in New York, op zoek naar de waarheid.
Wat hier werkelijk allemaal achter steekt wordt pas tegen het einde van het boek duidelijk. Dan komt er een Fitzekiaanse wending in het verhaal, alsof de stijl van Sebastian Fitzek als voorbeeld heeft gediend voor de ontknoping. (Herkenbaar voor de liefhebbers van de psychothrillers van Fitzek.) Maar: Musso is bij lange na geen Fitzek, die zijn lezers van de eerste tot en met de laatste bladzijde weet te prikkelen. Met een vraag- en antwoordgesprekje heldert Musso nog even snel alle tot dan toe onverklaarbare gebeurtenissen op, knoopt er een gekunsteld kijkje in de toekomst aan vast en dat is het dan.
'Central Park' bestaat uit vier delen, waarvan het nut onduidelijk is, want het verhaal gaat gewoon verder waar het gebleven was. Boven de hoofdstukken met Alices herinneringen staat aangegeven 'Ik herinner me ...', boven de toekomstvisie 'Er zal ...'. Nogal gemaakt. Daar staan bij elk hoofdstuk mooie quotes tegenover, die qua niveau echter ver uitsteken boven het door Musso geschreven verhaal, waardoor ze aanstellerig overkomen.
Guillaume Musso mag dan een van de bestverkopende thrillerauteurs van Frankrijk zijn, maar ik hoef voorlopig niet meer. De spannende romcom 'Bericht uit Parijs' was plezierig om te lezen, bij 'Central Park' gaan mijn haren overeind staan van de ongeloofwaardigheid.
Groot lettertype, weinig tekst op de bladzijden, een in-één-dag-uit-boek. | 0neg
|
Om positief te beginnen, de kaft van Wijk is erg mooi en aansprekend. Het intrigeert en roept leeslust op. De eerste gedichten beroeren me niet. Ze dagen wel uit om verder te lezen. Langzaam ontvouwt zich een verhaal. Dat verhaal is mogelijk interessant, ik word echter teveel afgeleid door een veelvoud van ‘spielerei’. Sommige dichters komen daar goed mee weg, omdat ze het weten te doseren en het de tekst versterkt. Hier lijkt het een leegte te verdoezelen. In ieder geval zo komt het bij mij over en ik krijg een weerzin om verder te lezen.
Ik vind het een gemiste kans omdat het verhaal achter de gedichten beter verdient. Soms schuilt de waarde toch echt in de eenvoud. Ik was bereid om een voor een langs de gedichten te gaan en net als op de kaft de punten te verbinden en het verhaal te ontrafelen. Daarin ben ik teleurgesteld. De gedichten hebben me niet kunnen raken. | 0neg
|
Het kostte me enórm veel moeite om in het boek te komen. Ik heb het een paar keer weggelegd, heb andere boeken tussendoor gelezen en merkte dat áls ik er in las, mijn aandacht continu naar andere zaken ging.
Maar ik zou het ook zonde vinden om het boek niet uit te lezen, en uiteindelijk is dat dan ook vanavond gebeurd.
Ik ga het gewoon zeggen.... ik had er méér van verwacht.
'Een duistere ontdekking die lang verzwegen geheimen aan het licht dreigt te brengen', meldt de cover. En '~een roman waarin Norton laat zien dat zijn uitstekende gevoel voor humor verder reikt dan zijn tv-show'.
En daar zat ik dus op te wachten....
Maar de moordenaar van Tommy was me al vrij snel duidelijk, en ik heb niet echt humor teruggezien in het boek.
Er werden absoluut goede pogingen gedaan om PJ sympathiek over te laten komen, maar die werden m.i. overschaduwd door het beeld van een meelijwekkende, te dikke man die enórm eenzaam is.
Dan de zusjes Ross... wellicht heeft het te maken met het feit dat het verhaal me niet echt pakte, maar ik moest steeds terugbladeren welke zus nou wie was.
Dus nee.... meneer Norton heeft míj niet kunnen overtuigen en ik denk dan ook dat dit een gevalletje schoenmaker - leest is.
http://www.watiknouvind.com/2018/01/wat-ik-nou-vind-van-bewaring-van-graham.html | 0neg
|
Inderdaad, ik vond het ook geen aangenaam boek. Erg saai! | 0neg
|
Dit is wederom een boek dat zich afspeelt in de zomer met het thema: Vakantie/buitenland. Het duurt even voordat er eindelijk wat spanning in het verhaal komt, dit komt doordat de personages naar mijn mening iets te lang beschreven en geïntroduceerd worden. Dit boek heeft 2 verhaallijnen, die op het laatst bij elkaar komen en het verhaal tot 1 geheel maakt. De tweede verhaallijn, vond ik alleen totaal niet interessant beschreven, ik vond hem zelfs een beetje irritant aandoen. Hierdoor heb je geen vaart in het verhaal en leest het niet zo leuk weg. Het taalgebruik is simpel en eenvoudig waardoor je geen moeite hoeft te doen om door het boek heen te komen, ondanks de tweede verhaallijn. Ook vind ik het boek niet heel erg passen bij de beschrijving van een thriller. Ik vind het meer een chicklit met spanning. Dit was het derde boek dat ik van Vermeer lees en je kan hem heel erg met de overige vergelijken. Ze hebben allemaal een interessante en spannende opzet, alleen het schort enorm in de uitwerking daarvan. Erg jammer! | 0neg
|
Ik weet niet goed wat ik van dit boek moet vinden. Het e-boek is goed uitgevoerd, dat wel, maar er zitten slordigheden in de tekst die je niet zou verwachten bij een zo gevierd schrijver. Voorbeelden zijn de bot die eerst Ferry heet, dan Freddy, en dan weer Ferry. Of de plaatsnaam Hagestein, die eerst wel correct wordt genoemd, maar later als Hagestijn.
Maar dat is niet het ergste: het verhaal gaat over een hacker en de geloofwaardigheid van de hackpraktijken is meh. Voor zover ze al worden genoemd of gesuggereerd, want achter een hoop technobabble en een hippe schrijfstijl (waar de auteur steeds terugkomt op het programmeursriedeltje "if ..., then..., else ...", ongeveer de 101 van programmeren) gaat heel veel lucht schuil, niet eens bluf te noemen. Dat maakt het verhaal erg ongeloofwaardig, de meeste sciencefictionauteurs worden eerder op hun vingers getikt voor ongeloofwaardige techniek.
Den Tex staat bekend om zijn corporate thrillers. Dat kan heel spannend zijn, maar het "corporate" deel van dit verhaal wordt nauwelijks uitgewerkt. Ter vergelijking: de stripboeken over Largo Winch leggen (op eenvoudige doch spannende manier) in detail uit hoe de bedrijfsvoering wordt gedaan, waardoor je echt begrijpt waarom de personages doen wat ze doen en waar je en passant het een en ander kunt opsteken. Dat mis ik hier dus, de slimheid van de personages die precies weten hoe bedrijven werken, en de schrijver zegt wel dat ze zo slim zijn, maar hij laat het nergens zien: show, don't tell. En dat maakt het allemaal erg vaag, troebel. Een zwarte doos waar de oplossing als een duveltje uit een doosje naar voren springt.
Het verhaal is geschreven in een gejaagde stijl, waarin nauwelijks rust zit. Het leest lastig, omdat vaak wordt afgezien van een volzin en heel vaak een of meer woorden worden weggelaten die je dan zelf moet invullen. Het is of de schrijver je bekogelt met woorden en halve zinnen, fragmenten van beschrijvingen, waaruit je zelf dan maar moet zien om iets samen te stellen, een sfeer moet zien te maken, wat erg ophoudt. Dat kan een stijlmiddel zijn, maar voor het hele verhaal is het overkill.
Het verhaal gaat in de basis over een dode directeur en de stijd om de opvolging binnen het bedrijf. Het is jammer dat er zoveel aandacht wordt besteed aan de huwelijksperikelen van de ouders van de hacker, of zijn relatie met een mede-hacker. Aan de andere kant komen sleutelfiguren als Olga en Mark en hun confraters er bekaaid vanaf.
Enkele hints worden te nadrukkelijk gegeven, wat misschien een spelletje met de lezer is: jij weet iets dat de hoofdpersoon nog niet snapt, waardoor je jezelf intelligenter waant dan de hacker. Als het er niet zo bovenop lag.
Ik denk dat Den Tex zijn hand behoorlijk heeft overspeeld als het gaat om het hacken, te weinig research, te weinig geloofwaardig, en dat nekt het verhaal als je een beetje verstand van zaken hebt. | 0neg
|
Als grote fan van Philip Roth en was is erg nieuwsgierig naar dit boek. Daar komt ook bij dat mijn vriend Amerikaan is en ik inmiddels veel weet van de Amerikaanse geschiedenis en cultuur. Ook de verschillende wereldgodsdiensten hebben mijn grote belangstelling.
Kortom, ik dacht een geweldig boek in handen te hebben.
Het is een autobiografische roman vermengd met fictie en politiek historische achtergronden. De scheiding tussen de onderdelen is in het boek overduidelijk aanwezig. Zodra het verhaal bij voorbeeld overgaat autobiografisch in fictie verandert de schrijfstijl van Roth in de geweldige literatuur die ik van hem ken. Er is bij voorbeeld een fragment waarin door de ogen van een kind wordt beschreven hoe het de amputatie van een onderbeen bij een familielid accepteert. Je voelt hierbij de ervaring van het kind.
De autobiografische delen zijn meer verslaglegging. Als Roth-fan zeker interessant om te lezen. Dat is niet het geval met de politiek historische achtergronden, die veel te overheersend aanwezig zijn. Er worden te veel namen genoemd en die zijn voor de lezer lang niet allemaal relevant.
Ook inhoudelijk heb ik gemengde gevoelens. Het verhaal gaat alleen over de Joden in Amerika. Ze voelen zich gediscrimineerd en bedreigd, terwijl wat er met hen in het boek gebeurd niet te vergelijken is met wat er in Europa gebeurde. Ik voel hierbij de belangrijkheid die Amerikanen zich meestal toe-eigenen ten opzichte van de rest van de wereld.
Hierdoor wordt voor mij het hele gebeuren wat ongeloofwaardig. Waarschijnlijk komt dat ook doordat ik niet kan invoelen hoe diep de gevolgen van het antisemitisme zit geworteld in het Joodse bewustzijn. Ik zou bijna de indruk krijgen dat ze het koesteren. | 0neg
|
"Dat moet een alien zijn geweest, zei Joost. Zo'n hagedis, vermomd als mens, naar de aarde gekomen om ons te koloniseren." ~ p22
Niemand vind het leuk een negatieve recensie te schrijven. Een auteur heeft heel veel werk en liefde in een boek gestopt, en wie ben ik om het af te kraken. Een recensie is nooit meer dan een mening, waar de een een boek de hemel in prijst kan een ander juist enorm teleurgesteld zijn... Over smaak valt nu eenmaal niet te twisten. Helaas is De Alien voor mij zo'n boek. En eerlijk gezegd, als ik hem zelf had gekocht, had ik hem niet eens uitgelezen...
"Aliens', zei een melodieuze stem opeens. 'Ze komen van ver. Wat willen ze van ons?" ~ p112
Vanaf de eerste pagina word je in het diepe gegooid. Geen idee wie je bent of waar je bent. Maar dat is niet erg, soms kan dat juist spanning creeeren... Langzaam aan word het gezelschap voorgesteld, en leer je de karakters kennen. 4 rijkeluis kinderen die opgegroeid zijn in een dorp waar iedereen elkaar kent, en niemand iets te kort komt, en Victor die na het brute overlijden van zijn ouders terugkeert naar zijn geboortedorp met de nodige emotionele littekens.
Er word uitgebreid de tijd genomen om het verhaal neer te zetten, en lange tijd heb ik me afgevraagd waar het verhaal heen zou gaan. Het kon me niet boeien, de personages zijn niet sterk genoeg om mijn aandacht te trekken... Tot er eindelijk een verandering in het verhaal kwam. Yes! Hier zat ik op te wachten! Het voelde bijna als een beloning. Maar ook dat gedeelte kak gevoelsmatig weer in en richt zich vervolgens weer op een ander punt.
Het voelt als of iemand boodschappen is gaan doen en thuis kwam met alleen Bloem, Cola en Spruitjes. Geen verkeerde producten, maar zo tesamen heb je helemaal niks aan. Zo voelt het verhaal voor mij ook. Er zitten goede elementen in, maar het vormt geen geheel... als of er een lijstje met punten is gebruikt die in het verhaal moesten, losse concepten die net geen mooi geheel vormde. Terwijl er zoveel potentie in het verhaal zit en de elementen los niet verkeerd zijn, vormt het geen fijn en soepel geheel.
"Toen hij kreunend klaar kwam, voelde ze iets warms op haar hand. Het rook kruidig rn deed haar aan iets uit de indische keuken denken, maar ze wist iet precies wat." ~ p209
En dan zijn er de seksueel getinte stukken. Ik ben absoluut niet preuts, en lees graag een NA op z'n tijd. Maar is een YA vind ik dit echt een no-go. De "ontluikende seksualiteit" zoals benoemd op de achterzijde, vond ik voor een YA te expliciet. De harde piemel, pik, erectie, harde tepels, rukken en vingeren horen mijnsinziens absoluut niet in een YA, en paste ook absoluut niet in dit verhaal. Het taalgebruik voelde in dit geval meer als stoerdoenerij, kijk eens wat ik durf te schrijven, dan als een toevoeging van het verhaal.
Maar feit blijft dat dit slechts mijn mening is... dus lees vooral dit verhaal en creeer je eigen mening als je je daar toe geroepen word.
Voor mij was dit slechts 2 sterren, en niet voor herhaling vatbaar. Jammer, want ik denk dat het verhaal veel meer had kunnen bieden! | 0neg
|
Björn Peeters schreef 5 boeken voor de Ictiluni reeks saga van De Twee Prinsessen (uitgebracht onder de naam Linnse Peeters).
Het boek vertelt het verhaal over 2 meisjes (ictiluni) Amarillis en Velira die tot hun 16 en 15 jaar worden opgevoed door mama Arria. Zij is niet echt hun moeder en zij zijn niet echt zussen. Ze zijn dol op het verhaal over de 2 verloren prinsessen die mama Arria vaak verteld en fantaseren vaak erover dat zij die 2 prinsessen zijn.
Wanneer op een dag mama Arria wordt vermoord door de soldaten van De Bloederige Koning vluchten Amarillis en Velira. Na veel omwegen, veel vechten en vluchten sluiten ze zich aan bij een grote groep mensen die ook op de vlucht zijn voor De Bloederige Koning.
Het boek wordt geschaard onder fantasy voor volwassenen maar zal meer tot zijn recht komen als jeugdboek, mits de schrijfwijze wordt aangepast.
Het lijkt een ouderwets taalgebruik, veelvuldige kromme zinnen en af en toe een taalfout.
'Erila was waar bij bewustzijn; ze werd gedragen door twee sterke mannen, die haar nu naar voren brachten.
“Wie weet wat leeft hier allemaal.” zei ze tegen Velira.'
Als lezer moet je je door de gevechten heen worstelen die echt te veelvuldig voorkomen en te fantastisch overkomen. Opnieuw meer iets voor de 12/13-jarige lezer.
Al met al is Een verhaal van twee prinsessen geen aanrader voor de volwassen lezer (zelfs niet als liefhebber van fantasie) en zullen de meeste lezers afhaken na dit eerste deel. Heel jammer. | 0neg
|
Als er een boek slecht is dan is het dit boek. slecht taalgebruik en ook nog een een onzin boek. het was dat het Moest anders had ik hem gelijk weg gemikt | 0neg
|
Ik was één van de gelukkige winnaars van het boek en stond te popelen om met lezen te beginnen.
Gelukkig was ik op voorhand al gewaarschuwd. Ondanks dat op de kaft 'Literaire Thriller' staat vermeld, is het verre van een Thriller. Het is een Roman, niks meer en niks minder. Het is zeker een mooi geschreven verhaal, maar ik miste suspense en daardoor kabbelde het door. En dat meer dan 500 bladzijden lang! Regelmatig moest ik in mijn geheugen terug graven en dat leest niet prettig.
Ook was ik geneigd om stukken over te slaan. Het einde van het boek kreeg daarentegen wel mijn volledige aandacht en er zitten een paar verrassingselementen in.
Nee, dit boek was het niet voor mij. Geef mij maar een Jo Nesbo, Tess Gerritsen of Harlan Coben.
Erg jammer trouwens dat de lijm in de kaft na 1 dag al los liet. | 0neg
|
Het boek ‘De avonden’ van Gerard Reve is verstript door Dick Matena, de tekenaar die zich al aan veel Nederlandse klassiekers waagde, zoals de kinderverhalen ‘Kruimeltje’ en ‘Pietje Bell’.
De strip van dit volwassenenboek is echter aanmerkelijk minder geslaagd. Allereerst omdat juist een boek als ‘De avonden’, dat draait om de gedachtewereld van hoofdpersoon Frits Egters en erg weinig handeling bevat, zich hier eenvoudigweg niet voor leent. Dit wordt nog eens verergerd doordat Matena veel te eerbiedig geen letter uit het oorspronkelijke boek heeft geschrapt! Dit leidt, uiteraard, tot een erg ‘tekstige’ strip.
Een tweede reden waarom ik deze strip niet geslaagd vond, was omdat het verhaal gewoon niet boeiend genoeg is. De hoofdpersoon is een vervelend mannetje, dat zich vooral stierlijk verveelt en nare opmerkingen maakt naar andere mensen. In de tussentijd gebeurt er maar bitter weinig. De strip staat om die reden vol met close-ups van Frits’ fronsende bakkes, die je op een gegeven moment gaat tegenstaan. De grijstinten waarin de strip is gemaakt, past misschien goed bij het onderwerp, maar maakt het geheel er ook al niet aantrekkelijker op.
Conclusie: aan Reve in stripvorm is weinig te genieten. | 0neg
|
Laat ik ermee beginnen dat ik echt graag boeken van Sophie Kinsella lees, en ook heel erg uitkeek naar deze. Heeft het boek mijn verwachtingen waargemaakt?
Absoluut, zeker weten, helemaal
Niet.
Ik heb geworsteld om het boek uit te lezen en mezelf moeten dwingen om door te lezen. In het begin, op het moment dat ze zeg maar beginnen te flippen over dat ze nog 'wel 68 jaar bij elkaar zijn' als alles goed gaat, raakt ze me al kwijt. Je zou juist blij moeten zijn als je zulk nieuws hoort. Maar niet het verwende kreng uit dit boek. Zij begint te janken en te kreunen en ach en wee, stel je eens voor dat je zo lang samen moet zijn en van dezelfde man moet houden?
Ik heb het meer dan eens aan de kant gelegd en was ook niet van plan om verder te lezen. Haar werk(gever) is kinderachtig. Zij is kinderachtig. Het verhaal is dommig en ze komt over als een hersenloos iemand. Ze noemt haar ouders Pappie en Mammie. Elke keer als ik het las viel mijn mond open. Het is een volwassen vrouw en moeder van twee kinderen.
Ik had veel gehoord over het einde, dat dat het boek nog goed zou maken maar voor mijn gevoel sloopte het einde juist het hele boek en maakte het een drama nog een beetje erger drama. Ik ben blij dat ik het uit heb.
Ik had het het liefst 1* gegeven, maar dat heb ik ook gedaan bij die nieuwe dark-romance boeken, en zó slecht was het daarmee vergeleken ook niet
Maar het is wel het minst goede Sophie-boek tot nu toe. | 0neg
|
Het begin is veelbelovend en het is vlot geschreven. Vooral de stukken waarin Iris het idee heeft dat ze in de gaten wordt gehouden zijn goed geschreven. Het verhaal zakt in wanneer het perspectief wisselt van Iris naar Erik. Het hele verhaal wordt nog een keer verteld maar dat vanuit zijn optiek. Dat is natuurlijk niet boeiend want je weet al wat er is gebeurd. Bovendien vind ik dat het motief van de dader wel heel erg vaag wordt gehouden, zijn handelen na al die tijd en waarom hij nog een fascinatie voor haar heeft is mij niet duidelijk geworden. Een beetje simpel gevonden zeg maar. Ik heb hem wel uitgelezen daarom toch 2 duimpjes. | 0neg
|
Het nog prille oeuvre van Marnix Peeters is in Vlaanderen niet onomstreden. Vergruisd en uitgespuwd door literaire recensenten (niemand houdt van Niemand hield van Billie Vuist ), maar welbespraakt en alomtegenwoordig in de pers is de tafelspringer uitgeroepen tot een nieuw enfant terrible. Al vanaf het eerste van vier enigszins onwelvoeglijke romans in evenveel jaren wordt de voormalige journalist omgeven door een walm van scandalitis.
Werd zijn debuut, De dag dat we Andy zijn arm afzaagden, nog met de mantel der liefde bedekt door het een schelmenroman te noemen, dan zorgde de opvolger, Natte dozen, voor een regelrecht relletje. De obscene titel werd gecensureerd door iTunes en collega-auteur Christophe Van Gerrewey hekelde het brutale shock effect van het boek. De auteur zelf wijst erop dat hij louter humor beoogt en veroordeelt het politiek-correcte snobisme van de literaire wereld. Het hoofdpersonage van Natte dozen was dan ook een over the top vintage Marnix Peeters: een fascistische vetzak die zich beklaagt over zwangere werknemers, zure lezersbrieven schrijft en asielzoekers gaat pesten.
Ook de hoofdpersonages in Billie Vuist passen in zijn larger than life-rariteitenkabinet. Behalve de kinderen die het hart nog op de juiste plaats hebben, zijn de woonwagenparkbewoners allen immorele marginalen met ofwel een steekje los, ofwel een criminele neiging, ofwel allebei: een moddervette moeder Vuist die enkel in hoofdletters gilt en een Thais-Senegalese tienerprostitutie-importhandel runt, haar echtgenoot die zich een verleden in het vreemdelingenlegioen inbeeldt, een seksverslaafde pastoor, een darkroomridder die voor de buitenwereld zijn homofilie verbergt door zich extreem homofoob te gedragen… Peeters laat letterlijk niets aan de verbeelding over – waarmee hij zondigt tegen het literaire principe de lezer toch nog een minimale verbeeldingsinspanning te gunnen. Zijn verteller rechtvaardigt dit met ‘literaire fun’: gewoon zeggen dat de pastoor in- en inslecht is, is minder leuk dan hem in plastische bewoordingen met de satan te liëren. Bovendien, vindt de verteller, verliest de lezer zonder dergelijke uitputtende beschrijvingen het juiste pad: "Voor men het weet zit deze lezer in het verkeerde tafereel, onder een onjuist wolkendek, te kijken naar personages die in het geheel niets weg hebben van de ware Wesley S. of de bedoelde Billie Vuist; en los het dan nog maar eens op! Niets zo moeilijk als het ont-verbeelden."
Los van de scabreuze inhoud valt wel nog te genieten van het barokke taalgebruik waarmee Peeters zijn perverse personages in beweging houdt. Dat de auteur kan schrijven, dankzij zijn journalistieke achtergrond, is wel duidelijk. Zijn zinnen lezen vlot en haperen nergens. En zijn wel eens grappig. Met een pastoor die toevallige passanten zijn kerk buitenvloekt ("Dit is een godshuis, godverdomme!") kunnen wij wel lachen. Ook met een verteller die buiten de lijntjes treedt: "We gaan hier niet tot achter de komma de regels van het bingospel uitleggen, ik neem aan dat de lezer daar geen negentien euro vijfennegentig voor neertelt." Andere grappen zijn belegen (een amateur-seksfilm is een "natuurfilm"). Het pleit voor de Amsterdamse uitgever Prometheus het Vlaamse taalgebruik van Peeters ongemoeid te hebben gelaten, ondanks niet voor alle lezers gekende instellingen als het OCMW en de mutualiteiten of uitdrukkingen als "het is toch geen avance" (het heeft toch geen zin).
Meer moeite hebben we met onvolkomenheden in plot en personages: waarom moet een van Moeder Vuists obscene klanten een jood zijn (tenzij om de lezer te provoceren), waarom verbergt buurman Gabba Henk zijn ware aard zo fanatiek en werkt hij samen met de kinderen mee aan de ontmanteling van het pedofilienetwerk, waarom laat de auteur Billies buurmeisje Mei hoofdstukken afsluiten met een Suske & Wiske-citaat als dat nooit ter zake doet? Dergelijke manco’s maken duidelijk dat het wankele verhaal louter een vehikel is voor een freakshow en een excuus voor zich in schrift eens goed te laten gaan; 'lekker buitenspelen', noemt de auteur dat. Tja, maar als het (stront en sperma) regent, is binnen spelen leuker. | 0neg
|
Ik vond dit boek niet zo indrukwekkend als z'n vorige boeken, Van In zit meer in het café dan wat anders!! Z'n liefdesleven gaat hier blijkbaar ook voor op het onderzoek!! Het is pas in de laatste +/- 50 bladzijden dat het onderzoek echt op gang komt vind ik. De spanningsgraad was ook beneden alle peil!! Hopelijk is z'n volgend boek spannender. | 0neg
|
De begraafplaats van Praag is een historische roman over allerlei complotten in de tweede helft van de negentiende eeuw. Kapitein Simonini is de hoofdpersoon, die in 1897 een dagboek schrijft, wat hem is aangeraden door ene dokter Sigmund Froïd om zijn leven te reconstrueren. Hij woont in Parijs, waar hij een Bric-à-brac winkeltje heeft. Als hij zijn memoires opschrijft, is er soms ook een andere persoon, die een stukje aanvult of verbetert: abt Dalla Piccola, zijn alter ego.
Simonini is 67 jaar eerder geboren in Turijn. Italië bestaat nog niet; de stad behoort toe aan het Koninkrijk Savoye. Zijn vader strijdt voor de eenwording van Italië. Simonini wordt opgevoed door zijn grootvader, die een anti- Semiet is en die ideeën vinden vruchtbare grond bij de jonge Simonini. Ook de jezuïeten moeten het ontgelden, terwijl hij wel door hen is opgeleid. Siminoni 's lijfspreuk is 'Odi ergo sum': ik haat dus ik ben. Na zijn studie rechten aan de universiteit komt hij bij een notaris te werken en dan begint het echte werk: documenten vervalsen, waar hij goed geld mee verdient. Als hij wordt benaderd door de geheime dienst, die deze vaardigheid goed kan gebruiken, begint er voor Simonini een nieuwe periode in zijn leven. Hij gaat naar Palermo, Sicilië om zich bij Garibaldi en de zijnen te voegen. Hij moet ervoor zorgen, dat bepaalde politiek gevoelige informatie Noord-Italië niet bereikt. Daar gebeuren allerlei complotten, waar Simonini ook zelf de hand in heeft. Na Sicilië moet hij naar Turijn. Hij moet documenten fabriceren die nu eens de jezuïeten, dan weer de vrijmetselaars belasteren. Ook de gevangenis is een plek waar hij belandt om iemand te bespioneren. Daar heeft Simonini wel moeite mee, aangezien hij een enorme lekkerbek is. Maar met de juiste contacten valt er zelfs in de gevangenis wel wat te regelen. Hij wordt verbannen naar Parijs en besluit er de rest van zijn leven te blijven. Daar gaat hij werken voor de Franse machthebbers, onder andere tijdens de Frans-Duitse oorlog.
Als hij wordt uitgeleend aan de Russische geheime dienst, moet hij informatie verzamelen over de Joden. Er zouden Joodse plannen zijn om de wereld te veroveren. Simonini verzint een complot. Het is een document, die moet lijken op een mondelinge verklaring van iemand die getuige was geweest van een samenkomst van 12 rabbijnen, de leiders van de twaalf stammen van Israel, die elkaar eens in de honderd jaar ontmoeten. Het verslag is gebaseerd op de werkelijk bestaande Protocollen van de wijzen van Zion. Simonini plagieert uit bestaande complottheorieën en wordt hiermee weer gechanteerd. Gaandeweg het verhaal zijn we getuige van allerlei historische momenten uit de negentiende eeuw.
De begraafplaats van Praag wordt een magistrale roman genoemd. Eco vermeldt veel historische gebeurtenissen in de memoires van Simonini. Dat is waar. En de opzet van geheugenverlies is op zich wel een goed idee. Maar zelf had ik moeite om deze roman uit te lezen, terwijl ik houd van historische romans. Ik moest mezelf er steeds toe aanzetten om weer een paar bladzijden te lezen. De memoires van Simonini worden afgewisseld met stukken tekst van een alwetende verteller. Men noemt Eco ook erudiet en dat laat hij wel weten ook. Wel verontrustend vond ik, dat complotten zo in elkaar werden / worden gezet. Corruptie en fraude zijn nog steeds aan de orde van de dag. Het is zon fantastisch verhaal, dat het mij ging irriteren. Spannend wordt het nooit. Voor mij niet meer dan twee sterren: net de moeite waard om uit te lezen. | 0neg
|
Na alle lovende recensies lijkt dit een beetje op vloeken in de kerk maar het boek viel mij heel erg tegen. Ik had nog nooit iets van deze schrijver gelezen en was dus erg benieuwd. Het kon mij echter nauwelijks boeien wat meer aan de schrijfstijl en de beschrijving van de hoofdpersonen lag, dan aan het gekozen onderwerp. Dat laatste was interessant en actueel.
Fitzek kiest vaak voor een relativerende stijl maar dat ontneemt voor mij de spanning wanneer die juist nodig is. Ook hebben de hoofdpersonen weinig diepgang. Het meisje van tien is heel intelligent maar zoveel levenswijsheid en kennis zullen veel volwassenen ontberen. Het deed onecht aan waardoor ik steeds vergat dat het om een kind ging. | 0neg
|
Geen must-read, maar aardig boekje. Er staan mooie stukjes in, maar ook veel open deuren.
Zoals: 'kastijdt uw kinderen niet', 'iedereen is gelijkwaardig en je moet iedereen dus ook zo behandelen', 'geweld lost niks op', etc.
Lessen die zo'n beetje iedereen al wel kent, al dan niet van Gandhi zelf.
Dus waarom een boek van zijn kleinzoon lezen? Mogelijk omdat je interesse hebt in het leven van kleinzoon Arun Gandhi. Want dat is het boek vooral: een terugblik van Arun op wat hij met zijn opa meemaakte. Hij probeert wat van de wijsheid van z'n opa naar het nu te vertalen. Helaas wordt het dan al snel prekerig.
Voor mensen die weinig tot geen kennis hebben van wat Gandhi uitdroeg, geeft dit boek er wel een goed beeld van. Ook zeer makkelijk leesbaar.
Het boek brengt de wat beter geïnformeerde lezer dus niet veel nieuws, maar geeft hier en daar uiteraard wel een reminder.
Het voortdurende indirect opscheppen over zichzelf door deze auteur irriteert. Hij schrijft bijvoorbeeld over momenten dat de Grote Mahatma Gandhi lovend over hem, kleinzoon Arun, tegen anderen spreekt.
Ook het belerende toontje wekt ergernis. Hij spreekt steeds maar van "we moeten dit" en "we moeten dat" en vraagt zich af waarom 'we' ons toch steeds zus-en-zo gedragen. Daarmee bedoelt hij dan niet 'we', maar 'jullie'.
Want zelf heeft hij al deze leer-stadia al heel lang achter zich liggen...
Mocht je op zoek zijn naar nieuwe levenswijsheden, (zoals de verwachting die de titel van dit boek oproept) neem dan 'De kunst van goed leven' van Rolf Dobelli'. Daar knap je meer van op. | 0neg
|
Ter voorbereiding op Boek- en Filmavond "Still Alice" gelezen. Viel zwaar tegen. Het verhaal op zich is natuurlijk tragisch; jonge vrouw, wetenschapster, wordt getroffen door Alzheimer. Haar aftakeling wordt heel goed en vast heel correct beschreven, maar het raakt geen moment. De vertelstijl is bijna klinisch en wetenschappelijk. Als dat zo bedoeld is omdat de hoofdpersoon een wetenschapper is , is dat in ieder geval goed gelukt.
Ik heb later begrepen dat Lisa Genova zelf een wetenschapper is, en dat verklaart de wetenschappelijke toon. In de film wordt de menselijke kant van dit drama veel beter getoond, de film is prachtig. | 0neg
|
Beste allemaal, ik vond het echt een leuk romannetje maar als thriller vond ik het echt een slap verhaal en weinig verheffend. Ik snap dan ook niet waarom zoveel mensen hier zo lyrisch over zijn. Sorry, maar aan mij is dit niet besteed hoor. | 0neg
|
Pffft, 't is dat het niet zo'n dik boek was en ik het luisterde..... Ik kon me niet identificeren met de wereld die in dit boek werd geschept, maar ook niet met de personages. Ik vond het een saai boek.
Zelfs mijn favoriete voorlezer Jan Meng heeft me niet enthousiast gemaakt voor dit boek, want aan zijn vertelwijze ligt het echt niet. | 0neg
|
Wanneer de vader van Arden overlijdt, blijkt dat zij het familiehuis Arrowood heeft geërfd. Hetzelfde huis als waar jaren geleden haar twee zusjes zijn ontvoerd en tot op de dag van vandaag niet zijn gevonden. Sinds die vreselijke dag heeft Arden moeite met haar leven normaal te leiden en gaat soms onderdoor aan herinneringen. Wanneer zij het huis erft, denkt ze dat het een goed idee is om terug te gaan naar het huis en naar het verleden. Ze komt weer in contact met oude kennissen, vrienden en geliefden. Ook leert ze John kennen, een jongeman die zich graag vastbijt in cold cases en erg geïnteresseerd is in de waarheid achter de verdwijning van de zusjes Tabitha en Violet...
Klinkt als een waanzinnig en spannend plot toch? Dat dacht ik ook!
Helaas was het tegenovergestelde waar. De manier van schrijven is mooi te noemen en ligt zelfs tegen het poëtische aan. Maar meer dan een roman waarin verleden en heden samenkomen is het niet. Wat op het begin nog mooi, aanslepend en gedetailleerd is, wordt op een gegeven moment gewoon saai. Nergens wordt het spannend en doordat het verhaal vaak via herinneringen terugzakt in het verleden, zakt het beetje spanning dat soms onder de oppervlakte roert ook meteen weer af.
Laura McHugh lijkt een voorliefde voor metaforen te hebben en gebruikt dit erg vaak in Onvindbaar. Soms zijn de begrijpelijk en mooi, maar vaak slaan ze helaas nergens op en maken ze de tekst onnodig lang en verwarrend. En bovenal: het haalt de spanning en snelheid uit het verhaal. Zonder al deze woordjes en zinnetjes was er veel meer ruimte geweest voor spanning. En dat is toch het grote punt wat in dit boek mist, gezien het verkocht wordt als psychologische thriller. En dat is het zeer zeker niet.
Her en der zijn wat foutjes in het boek te vinden, zoals verkeerde getallen en leeftijden, maar gelukkig hebben mij deze niet zodanig afgeleid dat ik op het verhaal afknapte. Het idee en verhaal zijn ontzettend leuk en het was zeker geen vervelend boek om te lezen, al was de uitwerking niet helemaal mijn ding en heeft het zich nergens vastgeklampt. 2,5*. | 0neg
|
Soms kom je een boek tegen waar iedereen heel enthousiast over is maar wat je na het lezen behoorlijk vond tegenvallen. Nu denk ik dat het enthousiasme vooral was vanwege de illustraties van Emmy van Ruijven en was het boek daardoor al goed ontvangen nog voordat we het moesten gaan lezen. De cover springt er zeker uit en onbetwistbaar haal je de stijl van Emmy er uit! Complimenten, het past zeker bij het verhaal. Daar in tegen vond ik de illustraties in het boek zelf wat minder. Niet qua stijl maar qua aanwezigheid.
Het verhaal zelf wordt door Piper verteld in dagboekvorm wat altijd lekker weg zou moeten lezen, zelfs voor niet zulke fanatieke lezers. Maar helaas het was soms bijna zeurderig verteld.
Ondanks dat er veel gebeurd in het leven van Piper in dat jaar vind ik het verhaal maar doorkabbelen. Het kon mij niet pakken en vond het af en toe zelfs vermoeiend lezen. Hierdoor een extra irritatiepuntje dat er na bijna elke geschreven zin een lege regel zat. Dus layout vond ik tegenvallen.
Nu ga ik niet spoileren met al die gebeurtenissen die Piper mee moet maken met haar vriend, vriendin, irritante zus en ouders want dat zou teveel weggeven van het verhaal maar er had veel meer uit het verhaal gehaald kunnen worden als de vertelwijze boeiender zou zijn. | 0neg
|
Eerder las ik Jouberts Kind van de rivier en Het spoor van de liefde. Beiden met meer plezier dan Tolbos.
Irma Joubert herhaalt zichzelf in haar boeken. Niet alleen in qua thema (apartheid) en locatie (Zuid-Afrika), maar ook in qua personages.
Katrien, hoofdpersoon uit Tolbos, is óók een zelfstandige jonge vrouw die haar eigen weg gaat.
Het verhaal is deels vanuit het perspectief van Katrien en deels vanuit de Poolse Wladek geschreven. Het begint met een nog heel jonge Katrien in een stijl die kinderachtig overkomt. Bovendien wordt er veel te veel uitgelegd. Jammer. Ik had me er meer van voorgesteld. | 0neg
|